Natschade

Waterstandverandering door dammenbouw (bij burcht/hol)

Hieronder vind je een aantal suggesties voor mogelijke oplossingen voor dit knelpunt. Klik op een item voor een gedetailleerde uitleg.

Verdiepen watergang

>

Functie van de dam

Voordat deze methode toegepast kan worden moet onderzocht worden waarom de bevers een dam hebben gebouwd. Er zijn verschillende redenen waarom bevers een dam bouwen en er zijn twee situaties die van belang zijn:

  1. Bovenstrooms van de dam is een hol of burcht aanwezig, de dam zorgt voor een vergroting van de waterkolom bij de ingang(en) (afbeelding 1 en 2),
  2. De dam vergroot de oeverlengte en daarmee het foerageergebied zonder dat er bovenstrooms een hol of burcht aanwezig is.

Het verdiepen van een watergang heeft alleen kans van slagen bij situatie 1, als bovenstrooms van de dam een hol of burcht aanwezig is. Let op, holen zijn moeilijk te vinden omdat de ingang bij normale waterstanden onder water ligt!

Werkwijze

Bepaal of er bovenstrooms een burcht of hol aanwezig is. Bepaal de locatie van de bovenstrooms gelegen ingang(en) van burcht of hol. Verwijder de dam en graaf diezelfde dag in een zone die loopt van 10 meter stroomopwaarts tot 10 meter stroomafwaarts van de ingang(en) een verdieping zodat de waterstand zonder dam op een diepte van 100 tot 150 cm komt (afbeelding 3, 4 en 5). Als er ruimte voor is, dan is het verstandig om de watergang richting de oever tegenover de burcht of hol te verbreden. Indien er een (schouw)pad op die oever ligt moet die oever glooiend en/of verlaagd worden aangelegd om ondermijning door holen tegen te gaan. Is die ruimte er niet dan moet er gaas in worden aangebracht. Om sedimentatie tegen te gaan kan bovenstrooms op enige afstand en op een makkelijk te bereiken locatie een klein sedimentatiebekken worden aangelegd met glooiende oevers (ongeveer 10 meter lang).

Nevengeul

Bij sommige beken bevinden zich nevengeulen of doodlopende zijtakken. Dergelijke structuren zijn zeer geschikt om dusdanig als alternatieve burchtlocatie in te richten dat de behoefte aan het bouwen van dammen afneemt. Ook kunnen deze structuren worden aangelegd. Door bij een mee stromende nevengeul bovenstrooms een drempel in de nevengeul te creëren kan voorkomen worden dat de verdieping van een meter diep, die toegepast moet worden, snel dichtslibt. Hoe hoog de drempel moet worden hangt af vanaf welke waterstand de nevengeul bij hogere waterstanden mee moet gaan stromen. Door zijtakken benedenstrooms aan te takken wordt dichtslibben vertraagd (afbeelding 6 en 7).

Image
Afbeelding 1: Situatie met dam. © D. Klees
Image
Afbeelding 2: Situatie met dam. © D. Klees
Image
Afbeelding 3: Bovenaanzicht na verdieping (en eventuele verbreding). © D. Klees
Image
Afbeelding 4: Zijaanzicht na verdieping (en eventuele verbreding). © D. Klees
Image
Afbeelding 5: Profiel ter hoogte van burcht/hol. Hier met een verbreding van de glooiende oever tegenover de burcht/hol. © D. Klees
Image
Afbeelding 6: Bovenaanzicht van beek met zijtak. © V. Dijkstra
Image
Afbeelding 7: Doorsnede van beek met zijtak. © V. Dijkstra

Wat vind je van deze oplossing?

Heb je ervaring met het toepassen van deze oplossing? Geef je ervaringen dan graag door. Voor iemand die twijfelt om deze oplossing toe te passen zijn deze ervaringen zeer waardevol

Er zijn nog geen ervaringen met deze oplossing gemeld.
Geef uw eigen ervaring met deze oplossing door aan ons.