Graafschade

Burcht/hol op ongewenste plek met grote waterpeilverschillen

Hier staan enkel maatregelen die specifiek zijn voor locaties met grote waterpeilverschillen. Ook de maatregelen die staan bij burcht/hol op ongewenste plek kunnen hier worden toegepast.

Hoogwatervluchtplaatsen ontwikkelen

>

In de uiterwaarden vindt af en toe een hoogwater plaats, waardoor bevers gedwongen zijn hun onderlopende holen en burchten te verlaten. Hoe hoger het water in de uiterwaarden komt te staan, hoe groter de kans dat er geen of onvoldoende hoogwatervluchtplaatsen (HVP) aanwezig zijn. Daardoor wordt het risico op het graven in een waterkering tijdens een hoogwater groter. Om het risico te verkleinen kunnen in de uiterwaarden HVP’s worden ontwikkeld waar bevers kunnen verblijven tijdens een hoogwater. Hoewel er aanwijzingen zijn dat bevers van verschillende territoria gedurende een hoogwater bij elkaar kunnen zitten, is er nog veel onbekend. Zo weten we niet tot welke onderlinge afstand ze elkaar tijdens hoogwater tolereren en of daarbij de onderlinge verwantschap een rol speelt. Mogelijk tolereren bevers die verwant zijn elkaar meer dan niet verwante bevers. Zolang niet bekend is hoe dit systeem in elkaar zit, is het verstandig om ervan uit te gaan dat er per aanwezig territorium minimaal één HVP aanwezig moet zijn. Daarvoor is het van belang om via een beverdeskundige te achterhalen hoeveel territoria in een uiterwaard aanwezig zijn en hoe de begrenzingen liggen.

Bij het aanleggen van een HVP spelen een aantal zaken een rol:

  • Hoogte van de HVP; om effectief te kunnen zijn, ook als er door harde wind opstuwing van water plaatsvindt, moet een hoogwatervluchtplaats ongeveer één meter boven water uit blijven steken. Hoe hoog de HVP dan boven het maaiveld uit moet komen, hangt af met welke overstromingsfrequentie men rekening wil houden.
  • Vorm van het oppervlak; door een langgerekte vorm te nemen (eventueel druppelvorm), wordt een relatief groter oppervlak bereikt met een relatief geringe opstuwing.
  • Grootte van het oppervlak dat boven water uitsteekt; om effectief te kunnen zijn, moet het oppervlak dat boven water uit blijft steken minimaal circa 3 x  5 meter beslaan. 
  • In steeds meer uiterwaarden komen ook dassen voor. Dassen zullen een HVP waarschijnlijk gaan gebruiken om holen in te graven bij normale waterstanden, dat kan ontmoedigd worden door gebruik te maken van zware klei, waar dassen moeilijker in kunnen graven. Ze zullen een HVP ook gebruiken om een hoogwater door te komen. Om te voorkomen dat de dassen de bevers van de HVP weghouden is het noodzakelijk om in dergelijke uiterwaarden een grotere uitvoering te kiezen en uit te gaan van een oppervlak dat minimaal 5 x 20 meter boven water uit blijft steken.
  • Substraat, door gebruik te maken van zware klei kan een HVP met een steiler talud worden aangelegd waardoor opstuwing wordt verminderd. Daarnaast kan zware klei voorkomen dat dassen de HVP als burchtlocatie in bezit gaan nemen.
  • Ligging en rust; door de HVP dusdanig te situeren dat recreanten en honden er tijdens hoogwater niet bij kunnen komen, komt de effectiviteit niet in gevaar.
  • Ligging en opstuwing; door de HVP op een stromingsluwe locatie te leggen, wordt de opstuwing verminderd. Daarbij kan gedacht worden aan ligging in ooibos of andere houtige begroeiing, of stroomafwaarts van een brugpijler of brughoofd.
  • Dekking en stabiliteit; door de HVP in te planten met stekelstruiken zoals meidoorn, ontstaat een dichte dekking die rust en beschutting geeft. Daarnaast zorgen de wortels voor stabilisatie van het grondlichaam en van de holen die de bevers er waarschijnlijk in gaan graven. Deze stabiliteit zorgt er ook voor dat er minder beheer aan een HVP nodig is.
  • Begraasde terreinen; als een HVP in een begraasd terrein komt te liggen, dan dient de HVP uit gerasterd te worden, om te voorkomen dat het vee de heuvel kapot loopt.

Hoge structuren al aanwezig?

Indien er al hoge structuren in de uiterwaarden aanwezig zijn (bijvoorbeeld oude steenfabriek terreinen), dan kunnen deze ook gebruikt worden als HVP. Daarvoor dienen ze volgens bovenstaande richtlijnen aangepast te worden om de effectiviteit te vergroten.

Image
Afbeelding 1: Kleine voor bevers aangelegde hoogwatervluchtplaats in een aangeplant ooibos langs de IJssel. De heuvel is ingeplant met verschillende boom- en struiksoorten en al kort na aanleg bij het eerste hoogwater door bevers in gebruik genomen. © R. Pater

 

Image
Afbeelding 2: Hoogwatervluchtplaats. © D. Klees

 

Image
Afbeelding 3: Ligging van een hoogwatervluchtplaats in een ooibos in de uiterwaarden. © D. Klees

Wat vind je van deze oplossing?

Heb je ervaring met het toepassen van deze oplossing? Geef je ervaringen dan graag door. Voor iemand die twijfelt om deze oplossing toe te passen zijn deze ervaringen zeer waardevol

Er zijn nog geen ervaringen met deze oplossing gemeld.
Geef uw eigen ervaring met deze oplossing door aan ons.